Op aanbeveling van de machinisten werd de laatste levering van 30 locomotieven (103 216 - 245) met een ruimere cabine uitgerust. De ongeveer 700 mm verlangde locomotieven waren uiterlijk voor al in de ruimte tussen het cabine zijraam en de deur te herkennen. Deze locs werden in het algemeen "als lange" 103'en gekenmerkt. In de kleurstelling veranderde er niets vergeleken de korte machines. De in februari verongelukte 103 173 werd tot december 1973 ook in deze lange vorm omgebouwd, zodat er totaal 31 verlengde locomotieven waren.

Zuidelijk van München was de 103 niet vaak te zien. De meeste dienstregelingmatige diensten lagen in de nacht. Zo reed de 103 o.a. de Orient-Express of CNL. Gedurende een lange periode reed de 103 ook de RE 3549 München - Salzburg. Om 0.30 stopt 103 187 in Rosenheim. 17/4/1999 H. Sölch

Een kleine, maar opvallende verandering in de kleurstelling gaf het in het jaar 1975. De stelbalk werd net als bij de 103 113, die een kleine herstelling had ondergaan na een ongeval, in plaats van zwartgrijs in purperrood geschilderd. Toch werd deze kleurstelling niet de nieuwe standaard voor de 103. Maar weinig locomotieven kregen een rode stelbalk. Naast de 103 113 waren dit de 103 109, 116, 117, 128, 132, 150, 158, 171, 184 en 208. In het jaar 1997 kreeg met de 103 218 de eerste en tegelijk ook als enige lange locomotief ook deze kleurstelling.

Op een donkere februaridag staat 103 170 met IC 612 "Annette Kolb" München - Dortmund om 15.49 gereed voor vertrek in München Hbf. 14/2/1996 H. Sölch		Bij de invoering van het oriëntroden-kleurconcept in het jaar 1987 was de 103 115 een van de eerste DB-locomotieven, de deze kleurstelling kregen. De complete behuizing, schorten en dakopbouw werden in oriëntrode verf gestoken met op de voorzijde van de loc een wit vlak. In tegenstelling tot de TEE-kleurstelling verloor de loc door deze kleurstelling haar indrukvolle uiterlijk en kreeg als snel de bijnaam "Colablikje". Toch kreeg een groot deel van de 103'en
deze kleurstelling. Totaal hebben 82 locomotieven een oriëntrode-kleurstelling gekregen. Dit waren de 103 101 - 103, 107, 111, 112, 115, 119, 121-124, 126, 129, 131, 135, 139, 140, 143-145, 147-149, 152-157, 160-163, 165, 166, 168-170, 172, 174-176, 178-180, 182, 186, 188, 190-192, 195-198, 201, 202, 205-207, 210-212, 214, 215, 217, 223, 225, 227-234, 237, 238, 240 en 244.

Speciale kleurstellingen

103 109 - Levertoestand

Afwijkend van de andere serielocomotieven was de 103 109 vanaf de levering met een zilveren contrastveld om de ventilatieroosters op de zijkanten alsook een over de zijdeuren verlengde sierstreep uitgerust. Deze kleurstelling behield de locomotief tot in het jaar 1987. Gedurende de hoofdrevisie van de loc tot en met 1 juni 1987 werd de 103 109 net als de andere 103'en in het oriëntrood omgeschilderd.

103 101 - Lufthansa-Airport-Express

Voor de tractie van de Lufthansa-Airport-Express werd de 103 101 in mei 1991 in de Lufthansa-kleuren omgeschilderd. De stelbalk, draaistellen en buffers werden grijsbruin geschilderd. De behuizing van de loc werd aan de onderkant van een dikke gele baan voorzien en daarboven werd alles lichtgrijs geschilderd. Kort na het einde van de Lufthansa Airport Express met de invoering van de zomerdienstregeling 1993 werd de 103 101 naar AW Opladen overgebracht en daar in oriëntrode-kleurstelling omgeschilderd.

103 220 - Touristik-Zug

In het jaar 1995 verwerkelijkte de DB AG haar nieuwe toeristische concept met modern materieel. In de eerste helft van 1995 werden de voormalige rijtuigen van de Lufthansa-Airport-Express en andere rijtuigen tot een comfortabele trein omgebouwd. Gelijktijdig zocht men naar geschikte locomotieven. Als eerste werd een lok uit de Baureihe 120.1 gedacht. Uiteindelijk werden toen echter twee locomotieven uit de Baureihe 218 (218 416 en 418) alsook de 103 220 als tractievoertuigen uitgekozen. De bijzonderheid van de trein en daarmee ook de locomotieven zou door een uitwendige en extravagante kleurstelling voorgehouden worden. In het kader van een B3 onderhoudsbeurt kreeg de 103 220 van af 19 september 1995 volgende kleurstelling. Vanaf onderen werd de locomotief in een donkerblauwe kleur geschilderd welke op een graffiti-manier van groen, geel en tenslotte helderblauw overlapt werd. Het helderblauwe gebied is in navolging op een mooi-weer-hemel met witten graffiti-vlekken bedekt, die wolken voorstellen.

103 233 - Verkeersrood

Ook de 103 233 zou een eenling blijven. Op initiatief van het vaktijdschrift Eisenbahn-Journal en met hulp van de sponsoring van de firma Roco (hoofdsponsor) en videoproducent Rio Grande werd de omschildering van een 103 in de nieuwe verkeersrode-kleurenschema van de DB AG gestart. De keus viel op de 103 233, omdat deze loc in een uitstekende technische toestand verkeerde en nog tot in het jaar 2004 dienst kan doen. Op 24 juli 2000 liep de loc bij het AW Opladen binnen en liep er op 3 augustus in nieuwe kleurstelling weer buiten. De stelbalk werd grijs gespoten en de behuizing verkeersrood. Verder had de locomotief een witten dwarsbalk op de neus onder het cabineraam. Op 5 augustus werd de locomotief in Berchtesgaden officieel gepresenteerd.

Deze TrainMagazine tekst is overgenomen van onze Duitse partner Elektrolok.de.

Auteur: Hans Sölch
Vertaling: Erik Kruithof
Foto's: Elektrolok.de